| Notes |
- Riet had zeer veel plezier in het leven en lachte altijd. Toen ze aan de Mastbosstraat in Princenhage woonde, woonde ze naast de tramremise van de stoomtram.Ze haalde elke dag de werkers op en bracht ze 's avonds weer weg tot aan de hoek. Iedereen kende Rietje. Toen ze een jaar of acht was, klom ze op een dag op de grote stoomlocomotief en trok aan het touwtje. De stoomfluit loeide en heel Princenhage liep uit, ze dachten dat er een ongeluk gebeurd was.
Mondelinge mededeling Toos Marijnissen 17 juli 2005
BHIC arrondissementsrechtbank Breda 1940-1949inv.nr. 371, voogdijkaart Maria Flooren
Maria Flooren, Geboren Pringenhage 29 december 1922
Wonende Breda, Raadhuisstraat 26
Ouders: adriaan Flooren en Adriana Touw (sic) (beiden overleden) Voogd: Johannes Hendrikus Flooren te 's-Bosch, Gelderschendam 6
Gezinsvoogdes Ir. C.J. A.M. van Turenhout Ma. Th. J.M. Struijken-Feldbrugge wonende Ginneken, Emmalaan 20 Breda, Wilhelminastraat 51
Onder toezicht gesteld op 5 november 1940
Algemeene bijzonderheden: request voogdijraad
Minderjarige is bij beschikking van den Kinderrechter te 's-Hertogenbosch d.d. 5 November 1940 onder toezicht gesteld op grond van een verzoekschrift van den Voogdijraad te Breda waaruit blijkt, dat de minderjarige omgang heeft met verschillende jongens en militairen. Enkele jongens haalt zij in de woning van haar werkgeefster, wanneer deze uitstedig is. En deze jongens blijven dan ook des nachts in den woning.
Bij beschikk. Dd. 16 Nov. 1940 is de zaak overgenomen van Kinderrechter den Bosch ingevolgen art. 373 q B.W.
Ouders van meisje beide overleden.
Toez. Voogd: Johanna Catharina Flooren, wonende te Breda, dienstbode
OTST opgeheven bij beschikking dd. 7 April 1943. ingaande 5 mei 1943.
1940 16 november: beschikk. Van overname zaak van Kinderrechter 's-Bosch met ingang van 16 november 1940
4 dec. Beschikking 3 maanden observatie in huize "Bethanie" te Rijsbergen
1941
19 febr. P.v. verhoor en beschikk. Opname in huize "Bethanie" te Rijsbergen inv. 373 n B.W. voor 6 maanden, ingaande 5 maart 1941.
16 april beschikking wijziging gezinsvoogdes met ingang van heden
2 oct. Pr. Verb. Verhoor en beschikk. 1 jaar verl. O.T.St.
1942 21 Oct. Spr.verb. en besch. 1 jaar verl. Otst.
1943
Arrondissementsrechtbank Breda 1940-1949 inv.nr. 359
Dossier nr. 663
Wij, kinderrechter in het arrondissement 's-Hertogenbosch,
Gezien het verzoekschrift van den Voogdijraad te Breda, strekkende tot ondertoezichtstelling van de minderjarige Maria Flooren;
Bevelen, dat de voogd, toeziende voogdes, minderjarige, bloedverwanten en aangehuwden van de minderjarige en de Voogdijraad,
Zullen worden opgeroepen om op dinsdag 5 november des voormiddags te 11 uur te verschijnen ter terechtzitting met gesloten deuren van Ons, Kinderrechter, bla.
Wij, kinderrechter in het arrondissement 's-Hertogenbosch
---
Gezien het verzoekschrift van den Voogdijraad te Breda d.d. 23 October 1940, strekkende tot ondertoezichtstelling van de minderjarige:
Maria Flooren
Geboren te Princenhage 29 December 1922;
Dochter van Adrianus Flooren en van Adriana Trou (ouders overleden) verblijvende te Ginneken ten huize van de familie A. Luijten aan de Raadhuisstraat no. 26;
Gelet op het ingevolge onze beschikking d.d. 29 Octobre 1940 ter terechtzitting met gesloten deuren op heden plaats gehad hebbende verhoor van den voogd van voornoemde minerjarige, zoomede van den Voogdijraad te Breda, vertegenwoordigd door Mr. J.H.M. Loeff, secretaris van den Voogdijraad te 's-Hertogenbosch;
Overwegende dat de toeziende voogdes, de minderjarige en de bloedverwanten en aangehuwden van de minderjarige, hoewel behoorlijk bij aangeteekend schrijven door den Griffier opgeroepen, niet ter terechtzitting van heden zijn verschenen;
Overwegende dat uit de in het verzoekschrift gestelde feiten en uit het gehouden verhoor ter terechtzitting Ons voldoende is gebleven, dat voormelde minderjarige zoodanig opgroeit, dat zij met zedelijken ondergang wordt bedreigd;
Gelet op artt. 373, 373b, 373d, 373e, 373i B.W.;
BESCHIKKENDE
Stellen voornoemde minderjarige Maria Flooren, geboren te Princenhage, 29 December 1922, onder toezicht voor den tijd van ?e?en jaar;
Benoemen tot gezinsvoogd den Heer Cornelis Josephus Johannis Anna Maria van Turenhout, wonende te Ginneken, Emmalaan no. 20
Verklaren deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad, niettegenstaande verzet of hooger beroep, ook voor derzelver registratie en op de minuut;
Aldus gewezen en in het openbaar uitgesproken door Ons, Mr. W.H. Ari?ens, Kinderrechter, in tegenwoordigheid van .
--
Wij kinderrechter bij de Arrondissements-Rechtbank te Breda;
Gezien de stukken, waarbij de minderjarige: MARIA FLOOREN
Geboren te PRincenhage, 29 December 1922, wonende te Ginneken, Raaadhuisstraat 26, bij gbeschikking van den E. Heer Kinderrechter bij de Arrondissements-Rechtbank te 's-Hertogenbosch d.d. 5 November 1940 voor den tijd van een jaar is onder toezicht gesteld van een gezinsvoogd, als hoedanis is benoemd: den Heer Ir. C.J.J.A.M. van Urenhout, wonende te Ginneken, Emmalaan 20, en welke ondertoezichtstelling door Ons bij beschikking d.d. 16 November 1940 ingevolge art. 373 q B.W. werd overgenomen;
Overwegende dat de gezinsvoogd, voornoemd, Ons heeft gerapporteerd, dat het gedrag van de minderjarige zeer veel te wenschen overlaat; dat zij bij haar oom en tante, waar zij verbleef, is weggeloopen en thans is moeten worden ondergebracht in Huize "Sancta Maria" te Breda, welke inrichting het meisje echter niet lang wenscht te houden, daar zij bij het bestuur minder gunstig bekend staat; dat de minderjarige weigert in een dienstbetrekking voor dag en nacht te gaan, hetgeen het gevolg is van luiheid en haar zucht naar vrijheid; dat verder blijkt, dat zij connecties heeft aangeknoopt met een op zedelijk gebied ongunstig bekend staanden manspersoon genaamd de Hoon, dat op deze gronden de gezinsvoogd dringend verzoekt de minderjarige te doen opnemen in een richting, daar hij anders het ergste voor de minderjarige vreest;
Overwegende dat Wij, gezien bovenstaande feiten en gelet op het verleden van de minderjarige, het eveneens ten zeerste gewenscht achtern, dat de minderjarige, voornoemd, voor eenigen tijd worde opgenomen ingevolge art. 373 m B.W. teneinde te worden onderzocht naar hare geestelijke en lichamelijke gesteldheid, voor welke opname Huize "Bethani?e" te Rijsbergen zich heeft bereid verklaard;
Gelet op art. 373 e.v. B.W. in het byzonder art. 373 m B.W.
RECHT DOENDE IN NAAM VAN HET RECHT
BEVELEN de opneming van de minderjarige MARIA FLOOREN, voornoemd, ter observatie in huize "Bethani?e" te Rijsbergen voor den tijd van drie maanden, ingaande den dag van tenuitvoerlegging, teneinde aldaar te worden onderzocht naar haar geestelijke en lichamelijke gesteldheid, alles op kosten van den Staat der Nederlanden;
Aldus gewezen door Ons Mr. F. Bielders, Kinderrechter in Tegenwoordigheid van den waarnemend Griffier Mr. A.Baron van H?ovell tot Westerflier, op heden den vierden December 1900 veertig.
--
16 november 1940: Rechtbank in Breda neemt de onder toezichtstelling over.
--
Wij Kinderrechter bij de Arrondissements-Rechtbank te Breda;
Gezien de stukken,m waarbij Wij de minderjarige:
MARIA FLOOREN
Geboren te Princenhage, 29 December 1922, wonende te Ginneken, Raadhuisstraat 26, thans verblijvende in de R.K. Voogdij-inrichting "St. Jozef" te Rijsbergen, bij Onze beschikking d.d. 5 November 1940 voor den tijd van een jaar hebben onder toezichtgesteld van een gezinsvoogd, als hoedanig Wij hebben benoemd: den Heer Ir. C.J.J.A.M. van Urenhout, wonende te Ginneken, Emmalaan 20;
Gezien Onze beschikking dd. 4 december 1940, waarbij Wij de Observatie van voornoemde minderjarige hebben bevolen voor den tijd van drie maanden in de R.K. Voogdij-inrichting "St. Jozef" te Rijsbergen, ingevolge art. 373 m B.W;
Overwegende dat Ons uit het observatierapport, uitgebracht door voornoemde inrichting, blijkt, dat Wij hier te doen hebben met een oppervlakkig lichtzinnig meisje, dat het wel gelooft, dat de psychiatrische consolent Dr. Nuijens tot de conclusie is gekomen, dat het meisje geen kwaden wil heeft, doch dat zij een goede leiding noodig heeft om op de goede weg te blijven; dat zij overigens wel gevoelig is voor de opvoeding die haar in de inrichting gegeven wordt en het Bestuur dan ook adviseert de minderjarige nog een half jaar in de verpleging te laten, waarna zij vanuit het Gesticht in een betrekking zal worden geplaatst;
Overwegende, dat Wij het op grond van bovenstaand rapport het dan ook in het belang van de minderjarige ten zeerste gewenscht achten, dat zij nog eenigen tijd in voormelde inrichting blijve verpleegd; thans ingevolge art. 373 n B.W.
Overwegende, dat de HoogEdelGestrenge Heer Secretaris-Generaal, waarnemend Hoofd van het Departement van Justitie Ons heeft gemachtigd, de kosten aan deze verpleging verbonden, ten bedrage van f. 1.- per dag te brengen ten laste van den Staat der Nederlanden;
Gelet op de behoorlijke oproeping van den voogd en den gezinsvoogd ter terechtzitting van heden;
Gelet op art. 373 e.v. B. W. in het byzonder art 373 n B.W.
RECHT DOENDE IN NAAM VAN HET RECHT:
BEVELEN de opneming van de minderjarige Maria Flooren, voornomend voor den tijd van ZES MAANDEN in de R.K. Voogdijinrichting "St. Jozef" te Rijsbergen, met ingang van 5 maart 1941, zijnde den dag waarop de observatietermijn zal eindigen
BEPALEN dat de kosten aan deze verpleging verbonden, ten bedrage van f.1.- per dag zullen worden gebracht ten laste van den Staat der Nederlanden;
Aldus gewezen dor ons Mr. F. Bielders, Kinderrechter, in tegenwoordigheid van Mr. A. Baron van H?ovell tot Westerflier, op heden den negtentienden Februari 1900 een en veertig.
16 april 1941:
Nieuwe gezinsvoogd ivm verhuizing oude gezinsvoogd. Nieuwe gezinsvoongd mevrouw Ma. Th. J.M. Struycken-Feldbrugge, wonende te Breda Wilhelminastraat 31.
Verlenging ondertoezichtstelling
4 november 1941: met een jaar verlengd. Verklaring minderjarige:
Ik ben pas uit het St. Jozefgesticht te Rijsbergen ontslagen en in een dienstbetrekking geplaatst. Ik zal mij verder goed gedragen.
29 oktober 1942: OTST verlengd met 6 maanden.
Arrondissementsrechtbank 's-Hertogenbosch 1940-1949 inv.nr. 729
5 november 1940 kinderrechter. 1 jaar onder toezicht gesteld nr. 2400
Arrondissementsrechtbank 's-Hertogenbosch 1940-1949 inv.nr. 438 dossiernr. 2400
Zelfde stukken als bij Breda afschriften:
Wij, kinderrechter in het arrondissement 's-Hertogenbosch,
Gezien het verzoekschrift van den Voogdijraad te Breda, strekkende tot ondertoezichtstelling van de minderjarige Maria Flooren;
Bevelen, dat de voogd, toeziende voogdes, minderjarige, bloedverwanten en aangehuwden van de minderjarige en de Voogdijraad,
Zullen worden opgeroepen om op dinsdag 5 november des voormiddags te 11 uur te verschijnen ter terechtzitting met gesloten deuren van Ons, Kinderrechter, bla.
Wij, kinderrechter in het arrondissement 's-Hertogenbosch
Heden den vijfden November 1900 vceertig, des voormiddags te 11 uur in het Paleis van Justitie te 's-Hertogenbosch, zijn voor Ons, Mr. W. H. Ari?ens, Kinderrechter, in tegenwoordigheid van Jhr. M.R. de Wijkerslooth de Weerdesteijn, waarnemend-Griffier, ingevolge onze beschikking d.d. 29 October 1940 inzake de minderjarige Maria Flooren verschenen:
a.Johannes Hendrikus FLooren, voogd van voornoemde minderjarige;
b.B. De Voogdijraad te Breda, vertegenwoordigd door Mr. H.J.M. Loeff, secretaris van den Voogdijraad te 's-Hertogenbosch.
Comparant sub a. verklaarde: "Ik heb gehoord, dat Maria Flooren niet zoo erg best oppast den laatsten tijd. Ik heb geen bezwaar tegen hare ondertoezichtstelling".
Mr. H.J.M. Loeff persisteerde namens den Voogdijraad te Breda bij het ingediend verzoekschrift.
Verder is niemand ter terechtzitting verschenen.
Wij, Kinderrechter, doen hierop onmiddellijk in het openbaar uitspraak.
Waarvan dit proces-verbaal.
En nog een extract van de arrondissementsrechtbank Breda over overname van het dossier.
|
Stamboom Marijnissen
1922 - 1983 (60 years)
[1] 
: Address
: Location
: City/Town
: County/Shire
: State/Province
: Country
: Not Set
