Notes |
- 25 september 1539:
Jan zoon van wijlen Wouter Jan Wouter vanden Kerckhoff, Jenneke zijn zuster, Laureijs zoon van wijlen Willem Colen als man van IJken Jan Wouter vanden Kerckhoff, verkopen aan Wouter zoon van wijlen Jan Panis een vierde deel in huis, hof en grond, gelegen te Goirle, int Dorp tussen:
Willem Bastiaen Mutsaerts een zijde
de kerckstraet ander zijde
Willem Bastiaen Mutsaerts een einde
gebuerhovel ander einde
Hieruit te gelden jaarlijks en erfelijks:
deel in 12 lopen rogge aan de H. Geest van Tilburg
deel in 6 lopen rogge aan de Heer van Tongerlo
deel in 14 stuivers min 1 oertstuiver cijns aan het Godshuis van Tongerlo
deel van de achterste post met de haken in het kerckhecken te onderhouden
deel van de straat te onderhouden.
Bron: RHC Tilburg, nadere toegangen Tilburg R 286 fol. 16r, http://rhc.tilburg.nl/studiezaal/naderetoegangen/tb/tbgora286-1.htm
3 mei 1550:
Denijs Korstiaen Willem Stelaerts heeft geloofd als schuldenaar te betalen aan Laureijs zoon van wijlen Willem Colen ten behoeve van Jenneke dochter van wijlen Jan Wouters vanden Kerckhoff, zijn schoonzuster, een jaarlijkse en erfelijke cijns van 75 stuivers elk jaar te betalen met Onze Lieve Vrouwedag licht-mis uit huis, hof met de grond en erfenis daaraan liggende en daartoe behorende groot ca 2 lo"pensaet, gelgen in de parochie van Tilburg ter plaatse genaamd aan de Berckdijck tussen:
erfenis van Engel weduwe van wijlen Jan de Beer dochter van
wijlen Willem Stelaerts met haar kinderen een zijde
erfenis van Wouter Jan Canters ander zijde
erfenis van Michiel Jan Peijmans een einde
die gemeijn straat ander einde.
Nog een stuk erf in weiland ook groot ca 2 lopensaet gelgen?? in de parochie voors. op de Scaepsdijck
aldaart?? tussen:
erfenis van Pauwels Jan Ghijben een zijde en een einde
erfenis van Dani?el de weduwe van Denijs Mutsaets met
haar kinderen ander zijde
de Scaepsdijck voors. ander einde.
Et promiserunt Dionijsius prescriptus et cum eo Ghijsbertus eius frater ut debitores principales (En hebben beloofd Denijs voors. en met hem zijn broer Ghijsbrecht als voornaamste schuldenaars) gezamelijk, onverscheiden en elk voor allen super se et bona sua etc. te waren en het voors. huis etc. en het stuk weiland voors. altijd goed, zeker genoeg etc. en alle kommer en calangies daarop komende allemaal af te doen.
Notatur quod ultima martii anno 49 erat protocallatum sed anno 1550 tertia maii ut hic.............
(er is genoteerd wat op de laatste dag van maart anno 49 (oude stijl) geprotocollerd was maar in het jaar 1550 op de 3e mei zoals hier...................)
Laurentius prescriptus nomine et ex parte Jennekens voornoemd consensit et concessit Dionijsio prescripto et suis posteris (Laureijs voorschreven in de naam van en van de kant van Jenneke voornoemd heeft goedgevonden en toegestaan aan Denijs voorschreven en zijn nakomelingen) te mogen lossen altijd met lichtmis met 60 karolus gulden van 20 stuivers voor elke karolus gulden gerekend of die waarde in ander goed geld daarvoor simul cum censu anni redemptionis et arr (estadiis) salvo (samen met de jaarcijns en achterstel behalve) dat Denijs voors. of zijn nakomelingen gehouden zullen zijn dit met sint Jansmis tevoren op te zeggen als zij met lichtmis daarna de voors. los zullen willen doen.
Bron: RHC Tilburg, nadere toegangen Tilburg R 295 fol.58r -58v, http://rhc.tilburg.nl/studiezaal/naderetoegangen/tb/tbgora295-4.htm
|